Blaastraining is een gestructureerd proces dat in meerdere stappen verloopt. Door deze stappen consequent te volgen, kan de blaas getraind worden om meer urine vast te houden en minder snel te reageren op aandrangprikkels.
Een belangrijk onderdeel van blaastraining is het bijhouden van een plasdagboek. Dit helpt om inzicht te krijgen in hoe vaak iemand plast, hoeveel urine er per keer wordt geproduceerd en of er momenten van ongewenst urineverlies zijn. Op basis van deze gegevens wordt een plasschema opgesteld, waarbij de tijd tussen toiletbezoeken geleidelijk wordt verlengd.
Naast het volgen van een schema is het leren onderdrukken van de aandrang een belangrijk onderdeel van blaastraining. Dit kan door afleiding te zoeken, ontspanningstechnieken toe te passen of de bekkenbodemspieren aan te spannen op momenten van sterke aandrang.
Tijdens de training is het belangrijk om voldoende vocht te blijven drinken, ongeveer 1,5 tot 2 liter per dag. Dit voorkomt uitdroging en helpt om de blaas gezond te houden.